Tot aan de derde eeuw na Christus had China een wijdvertakt en goed onderhouden netwerk van brede wegen dat geschikt was voor twee- en vierwielige karren, voortgetrokken door lastdieren. Het Chinese wegennetwerk moest met een totale lengte van 40.000 kilometer alleen onderdoen voor het Romeinse wegennetwerk, dat 80.000 kilometer lang was.
Toevallig raakten beide systemen omwille van verschillende politieke redenen ook tegelijkertijd in verval, vanaf de derde eeuw na Christus. De Chinese kruiwagen verscheen in deze periode, en dat is geen toeval. Het was, in grote delen van het land, het enige voertuig dat nog gebruikt kon worden op de verslechterende wegen. Omdat een kruiwagen slechts over één wiel beschikt en zeer wendbaar is, kan het voertuig in vergelijking met een kar makkelij
ker op een weg vol putten worden gebruikt.
Maar de Chinezen deden meer dan alleen maar het aanpassen van hun voertuigen. Ze ontwikkelden ook een informeel wegennetwerk dat bestond uit zeer smalle, geplaveide paden. Deze lowtech infrastructuur was niet minder ingenieus dan de kruiwagens die er op reden: omdat deze paden veel smaller waren dan de vroegere wegen, waren ze ook veel makkelijker en goedkoper te onderhouden.
Met andere woorden: de Chinezen pasten zich aan de nieuwe omstandigheden aan door hun hightech infrastructuur (brede wegen en vierwielige koetsen) te vervangen door lowtech infrastructuur (smalle paden en eenwielige voertuigen).
Lees verder >> De geniale Chinese kruiwagen…
Alle dank aan Kris de Dekker en zijn onvolprezen blog: Lowtech Magazine